Nieuwsbrief

Evenementen

    Geen evenementen

Mensen met kinderen leven langer

ouders blijerHoewel er vaak geklaagd wordt dat het hebben van kinderen tot additionele stress leidt, blijkt uit diverse studies dat het ouderschap tot een langere levensverwachting.

Dit wordt bevestigd door de meest recente studie van Esben Agerbo van de Universiteit van Aarhus in Denemarken. Kinderloze vrouwen zouden een  sterftecijfer kennen dat vier keer hoger ligt dan die van moeders, waar het steftecijfer van kinderloze mannen één keer hoger ligt dan dat van vaders.

Dat ouders langer leven dan mensen zonder kinderen, komt onder meer omdat ouders een positievere levensvisie hebben die die vaak gepaard gaat met een kinderwens. Bovendien wordt geconcludeerd dat mensen met ouderlijke verantwoordelijkheden zichzelf verplicht voelen om hun gezondheid in de gaten te houden.

Langer studeren reden voor vrouwen om later kinderen te krijgen

studyDe Universiteit van Southampton concludeert uit onderzoek dat zij recent voltooiden, dat een langere studieperiode als één van de belangrijkste oorzaken wordt aangeduid dat vrouwen tegenwoordig op een latere leeftijd pas kinderen krijgen in vergelijking met vroeger. Deze trend gaat op in verschillende Europese, ontwikkelde landen als Groot-Brittannië en Frankrijk.

Waar vrouwen in de jaren ’70 nog hun eerste kind kregen met een gemiddelde leeftijd van zeventwintig jaar, is dat inmiddels enkele jaren later. Eind jaren ’70 rondden jonge vrouwen hun onderwijs dan ook al af op een gemiddelde leeftijd van achttien jaar. Ook mannen zijn steeds langer bezig met studeren en beginnen daardoor later met hun professionele, werkzame leven. Al deze veranderingen leiden ertoe dat het traditionele gezinsleven zodoende pas later tot stand komt.

Combinatie werk en ouderschap blijft lastiger voor vrouw dan man

Uit onderzoek van de Universiteit van Colorado blijkt dat vrouwen het helaas nog altijd lastiger vinden dan voor mannen om hun identiteit m.b.t. het ouderschap en werk optimaal te combineren. Achtergrond hiervan is dat de culturele stereotypes van de ideale moeder nog te snel conflicteren in met de stereotypes van de ideale medewerker.

Voor mannen geldt dit juist niet. Het stereotype van de ideale mannelijke medewerker is namelijk dat hij nog altijd wordt gezien als de broodwinner van het gezin en dit leidt tot weinig conflict met de invulling van de rol als ouder. Ook werd vastgesteld dat vrouwen vinden dat ze het slechter doen als ouder en dat dit interne psychologisch conflict één van de belangrijkste problemen zou kunnen zijn voor vrouwen bij het uitbouwen van een succesvolle carrière.

Knuffelen van je kind heeft fysieke voordelen

testOnderzoekers van de Universiteit van Wenen hebben onderzoek gedaan naar de effecten van knuffelen in het algemeen. Naast het feit dat knuffelen goed is voor het versterken van de band met een ander, of specifiek je kind, is er ook sprake van fysieke voordelen.

Bij het knuffelen van iemand komt er namelijk het hormoon oxytocine vrij. Dit hormoon verlaagt je bloeddruk, zorgt ervoor dat je minder stress en angst hebt en verbetert je geheugen. Oxytocine is een hormoon dat vaak in verband wordt gebracht met de band tussen ouders, kinderen en liefdesparen. Zo is bekend dat moeders die hun baby borstvoeding heven dit hormoon aanmaken.

De onderzoekers ontdekten verder dat knuffelen van zomaar iemand niet leidt tot bovenstaande, positieve effecten. Sterker nog, dat dit juist negatieve effecten heeft door het vrijkomen van het stresshormoon cortisol. Dit hormoon wordt aangemaakt omdat er iemand in je ‘persoonlijke ruimte’ komt waar je eigenlijk geen behoefte aan hebt. De positieve effecten treden dus enkel op indien de betreffende personen die elkaar knuffelen elkaar goed kennen en het knuffelen van elkaar een gewenste situatie betreft.

De effecten van knuffelen voor jou en de ander, bijvoorbeeld je kind, kun je verder niet beïnvloeden door vaker of langer te knuffelen, het belangrijkste is dat er sprake is van wederzijds vertrouwen.

Werkende moeders zijn gezonder en gelukkiger

werk moederUit onderzoek van de University of North Carolina gedurende tien jaar onder bijna 1400 moeders, blijkt dat moeders die werken gezonder en gelukkiger zijn dan vrouwen die thuisblijven wanneer hun kinderen nog klein zijn.

Werkende moeders hebben een betere gezondheid en vertonen minder symptomen van depressie dan moeders die thuisblijven. Wat betreft de betrokkenheid bij het schoolleven van de kinderen, blijken moeders die deeltijd (minder dan 32 uur per week) werken zich net zo betrokken te voelen als niet werkende moeders. Moeders die fulltime werken, voelen zich daarentegen wel minder betrokken.

De onderzoekers trekken de conclusie dat een deeltijd baan (minder dan 32 uur per week) ideaal is voor jonge moeder voor zowel de werkgever, het gezin als de vrouw zelf.

Werkende moeders maken minder gebruik van kinderopvang

kinderopvangUit onderzoek onder 93 moeders van Lof Media , een Nederlands platform voor werkgevers en werknemers die carrière en gezin willen combineren blijkt dat als gevolg van de stijgende kosten van de reguliere kinderopvang in 2013 circa 40% van de Nederlandse werkende vrouwen overweegt minder te gaan werken of gebruik te maken van andere vormen van opvang, zoals de hulp inschakelen van grootouders.

In Nederland is de kinderopvangtoeslag vanaf 2013 volledig inkomensafhankelijk, wat betekent dat werkende ouders een steeds groter deel van de kosten voor kinderopvang zelf moeten betalen. In 2012 kregen ouders nog minimaal een derde van hun kosten terug voor het kind dat de meeste uren naar de kinderopvang ging. De nieuwe regeling leidt ertoe dat veel Nederlandse ouders vanaf 2013 steeds meer een beroep moeten doen op anderen voor de opvang van hun kinderen of zelf meer tijd moeten besteden aan de kinderen dan aan werk.

Sterftecijfer onder baby’s met 23% afgenomen door betere zorg

babyUit een notitie van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) ‘Zorg rondom zwangerschap en geboorte’ blijkt dat dankzij de verbetering van de zorg in Nederland rond de zwangerschap en geboorte de babysterfte sinds 2004 met 23% is afgenomen.

In 2003 had Nederland nog één van de hoogste sterftecijfers in vergelijking met andere Europese landen, jaarlijks overleden er circa 1700 baby’s. Deskundigen adviseerden toen onder anderen dat een bevallende vrouw uiterlijk een kwartier na aankomst in het ziekenhuis geholpen moest worden. Ook werd gepleit voor een betere samenwerking tussen verloskundigen en gynaecologen en de mogelijkheid om dag en nacht specialistische verloskundige zorg in ziekenhuizen beschikbaar te hebben. Volgens het NZa is het aantal baby’s dat voor, tijdens of kort na de geboorte sterft vervolgens de laatste jaren gedaald van ruim 1300 in 2006 tot 996 in 2010.

Hoewel de kosten van zorg volgens de NZa zijn toegenomen, staat hier tegenover dat de geboortezorg beter toegankelijk is geworden en er voor de meeste zwangere vrouwen binnen 45 minuten gespecialiseerde hulp bereikbaar was.

 

 

Allochtone moeders maken steeds meer gebruik van kraamzorg

Veel vrouwen die in Nederlands bevallen maken vervolgens gebruik van kraamzorg. Dit is echter minder het geval bij vrouwen van allochtone afkomst dan bij autochtone vrouwen, hoewel het gebruik onder vrouwen van allochtone afkomst wel aan het toenemen is.

In de periode  2010-2011 maakte bijna 96%van de autochtonen moeders na de bevalling gebruik van kraamzorg. Van de vrouwen met een niet-westers allochtone achtergrond maakte een kleiner percentage gebruik van kraamzorg, namelijk 89%. Ook gebruikten niet-westers allochtone vrouwen aanzienlijk minder uren kraamzorg, namelijk 29 ten opzichte van 41,9 uur die autochtone vrouwen gemiddeld afnamen.

Het aandeel vrouwen met een niet-westers allochtone achtergrond dat kraamzorg afnam na de bevalling is wel toegenomen. Waar in de periode 2001 tot 2003 nog slechts 77% van de niet-westers allochtone vrouwen kraamzorg afnamen, ligt dit in de periode 2007 tot 2009 rond de 90%.

 

Borstvoeding rijker aan bacteriën dan gedacht

borstvoedingNieuw wetenschappelijk onderzoek, uitgevoerd in Spanje, heeft aangetoond dat de eerste melk die vrouwen na de bevalling produceert, het zogenaamde colostrum, meer dan 700 soorten bacteriën bevat. Dit is veel meer dan initieel gedacht.

Bacteriën die in het colostrum werden gevonden waren bacteriën uit geslachten als Weissella, Staphylococcus, Streptococcus en Lactococcus. In de moedermelk die later na de bevalling, tussen de eerste en zesde maand, wordt geproduceerd werden voornamelijk bacteriën aangetroffen die in de mond leven, zoals Leptotrichia en Prevotella.

Uit het onderzoek blijkt verder dat borstvoeding van vrouwen met overgewicht, vrouwen die tijdens de zwangerschap meer dan gemiddels aanomen en vrouwen die met een keizersnede bevallen (tenzij niet gepland) minder divers is.

Het is overigens nog niet geheel duidelijk welke rol de diversiteit aan bacteriën die de baby door borstvoeding binnenkrijgt, speelt. De vervolgstap van het onderzoek is te achterhalen of de bacteriën het kindje bijvoorbeeld helpen bij het verteren van de melk of, nog belangrijker, bepalend zijn in de ontwikkeling van het immuunsysteem van de baby ter verkleining van de kans op allergieën, astma en autoimmuunziekten,

Voeding en beweging tieners steeds ongezonder

fast foodUit het onderzoek ‘Beweeg- en eetgedrag van kinderen, jongeren en volwassenen’ van TNO blijkt dat tieners steeds ongezonder zijn gaan eten en bovendien te weinig beweging krijgen. 93% van de jongeren eet onvoldoende groenten en fruit, 85% beweegt te weinig.

Ook in vergelijking met andere Europese landen, doen Nederlandse tieners minder gezond eten. Van Europa eten Poolse kinderen het gezondst met circa 577 gram fruit en groenten per dag. Nederlandse kinderen komen amper aan 300 gram fruit en groenten per dag.

Ouders zouden zodoende meer aandacht moeten besteden aan de gezondheid van hun kind.