Steeds meer basisscholen laten traditionele schooltijden los
Steeds meer basisscholen in Nederland kiezen minder voor traditionele schooltijden en meer voor een zogenaam continurooster. De traditionele schooltijden houden in dat kinderen tussen de middag thuis eten of bij de overblijf op school en op woensdagmiddag eerder klaar zijn. Uit het DUO Onderwijsonderzoek onder 400 basisscholen blijkt echter bijna een kwart van de basisscholen (22%) is echter inmiddels overgestapt op het continurooster. Bij het continurooster blijven alle kinderen tussen de middag op school blijven waar zij een kortere middagpauze hebben. De school is dan elke dag eerder uit. Ernaast zijn de kinderen op woensdagmiddag (nog steeds) vrij.
Nieuwe schooltijden passen beter in het drukke leven van ouders tegenwoordig. Vijf jaar geleden hanteerde nog driekwart van de scholen (77%) een traditioneel rooster. In het afgelopen schooljaar was dit nog 56% en is inmiddels verder afgenomen naar zo’n 50%. En hiernaast zal 15% van de basisscholen die op het moment nog volgens het traditionele schooltijdenmodel werken, aankomend schooljaar (2017-2018) waarschijnlijk of zeker overgaan op een nieuw schooltijdenmodel. Het nieuwe model betreft in de meeste gevallen het continurooster of het vijf-gelijke-dagenmodel.
Sinds twee jaar is ook het vijf-gelijke-dagenmodel steeds populairder. Ongeveer 16% van de basisscholen hanteert dit model nu. Het vijf-gelijke-dagenmodel houdt in dat alle kinderen tussen de middag op school blijven en een kortere middagpauze hebben en waarbij de school elke dag om 14:00 of 14:30 uur uitgaat. De woensdagmiddag zijn kinderen niet (meer) vrij.
Waarom basisscholen steeds meer kiezen voor het continurooster of vijf-gelijke-dagenmodel kent een aantal achtergronden. Allereerst leidt het tot minder onrust na de pauze wanneer leerlingen tussen de middag niet naar huis hoeven en maakt de onderbreking van het lesprogramma soepeler. Ook bieden de nieuwe schooltijdenmodellen meer structuur en duidelijkheid voor zowel voor leerlingen als ouders (alle kinderen blijven nu op school in plaats van de ene leerling wel en de andere niet). Ook maken de nieuwe modellen mogelijk dat basisscholen geen tussenschoolse opvang hoeven te bieden, wat steeds lastiger werd door het tekort aan overblijfouders. Een nadeel van de nieuwe schooltijden is echter de extra kosten voor ouders. Omdat kinderen eerder vrij zijn moeten ouders extra opvang afnemen als zij zelf de opvang van de kinderen niet kunnen verzorgen. Deze opvang is over het algemeen kostbaarder dan de tussentijdse opvang op de scholen.
Van de basisscholen die overgestapt zijn op het continurooster of vijf-gelijke-dagenmodel is 96% tevreden over de overstap en is de overstap behoorlijk harmonieus verlopen (zeer harmonieus: 53%, redelijk harmonieus: 43%).
Ook is het merendeel van de ouders, leerlingen en leerkrachten tevreden over de nieuwe schooltijden. Leerkrachten zijn relatief het minst tevreden: 17% van hen geeft aan ontevreden over het ingevoerde continurooster en 6% is ontevreden over het ingevoerde vijf-gelijke-dagenmodel.